In de eindexamenklassen waar ik les geef (vavo) wordt dit schooljaar corona-onderwijs verzorgd. Dit onderwijs ten tijde van de coronapandemie wordt gekenmerkt door minder fysieke lessen met leerlingen op anderhalve meter afstand in veel kleinere klassen. Naast de fysieke, face-to-face lessen worden méér online lesvormen aangeboden.
Wat willen leerlingen van het corona-onderwijs behouden als de pandemie straks voorbij is? En wat kunnen docenten hiervan leren?
Het corona-onderwijs is door middel van een online enquête geëvalueerd. Leerlingen is gevraagd naar hun ervaringen met de verschillende lesvormen in het corona-onderwijs. Hieronder zijn de meest opvallende bevindingen uit de enquête samengevat (n= 596, respons 29%).
Hoeveelheid fysieke lessen
In het huidige corona-onderwijs is de hoeveelheid fysieke contacttijd sterk ingeperkt. Vóór de coronapandemie kregen de leerlingen per vak twee keer 90 minuten per week les. Tijdens de pandemie is dat maar één les van 60 minuten per week. Leerlingen krijgen dus nog maar een derde van de oorspronkelijke tijd les op school. Door de anderhalve meter maatregel zijn de klassen klein. Er passen maximaal tien leerlingen in een lokaal. Naast de ene fysieke les per vak per week worden synchrone en asynchrone online lesvormen aangeboden via Collaborate en Blackboard. De combinatie van face-to-face lesvormen en op ICT-gebaseerde lesvormen wordt ‘blended learning‘ genoemd (zie onderstaande tabel).

Wat vinden leerlingen van de sterk ingeperkte hoeveelheid fysieke lessen tijdens de pandemie?
veel te weinig | 11% |
te weinig | 33% |
goed | 51% |
te veel | 3% |
veel te veel | 1% |
Meer dan de helft van de leerlingen vindt de beperkte hoeveelheid fysieke lessen ‘goed’. Enerzijds is dit een verrassend resultaat. Ondanks de flink ingeperkte contacttijd scoren leerlingen voor de schoolexamens tot nu toe dezelfde cijfers als vóór corona. Anderzijds is dit niet verrassend te noemen, want docenten steken veel energie in de kwaliteit van online lessen. Bovendien heeft het online onderwijs een groot deel van de onderwijstijd van face-to-face lessen vervangen.
Hybride klas
Eén van de online lesvormen in corona-onderwijs is de hybride klas, ook wel ‘hybrid virtual classroom‘ genoemd (Last, 2020). Omdat er maximaal tien leerlingen op anderhalve meter in een lokaal passen, worden de fysieke lessen via internet gestreamd. Zo kan de andere helft van de klas thuis via de laptop de fysieke les volgen. De hybride klas bestaat dus uit een fysieke les en een online les die synchroon door één docent wordt gegeven. Lessen in hybride klassen zijn op een aantal onderdelen beoordeeld door de leerlingen.
Wat vinden leerlingen van lessen in de hybride klas?
Fysiek deel | Online deel | |
inhoud/kwaliteit | 3,4 | 2,6 |
aandacht erbij houden | 4,2 | 2,5 |
duidelijke uitleg | 4,2 | 3,0 |
vragen stellen | 4,3 | 3,4 |
uitdaging | 3,6 | 3,1 |
afwisseling | 3,7 | 3,3 |
motivatie | 4,2 | 2,9 |
In de hybride klas hebben leerlingen een duidelijke voorkeur voor face-to-face onderwijs. Alle onderdelen van de fysieke les worden ruim voldoende tot goed beoordeeld. Dit is duidelijk minder het geval in het online gedeelte van de hybride klas. Het valt niet mee voor leerlingen om op afstand de aandacht bij de les te houden. In de wetenschappelijke literatuur wordt gewaarschuwd voor het inzetten van ‘hybrid virtual classrooms’. Leerlingen ervaren een grotere ‘transactional distance‘, dat wil zeggen een grotere psychologische en communicatieve afstand (Rubens, 2020). Aandacht verdelen als docent is lastig. De docent moet immers constant switchen tussen fysiek en online. Wetenschappers adviseren eerst goed na te denken of de leerdoelen niet te behalen zijn met andere (online) werkvormen (Post, 2020).
Asynchroon onderwijs
Fysieke lessen en hybride klassen verlopen per definitie synchroon en plaatsgebonden. Leraar en leerlingen moeten op dezelfde tijd en plaats samen zijn. Daarom worden in het corona-onderwijs naast fysieke lessen asynchrone lesvormen aangeboden. Dit type onderwijs is niet aan tijd en plaats gebonden. In tijden van corona heeft dit grote voordelen, want in afstandsonderwijs is de kans op besmetting met het coronavirus gering. Bovendien heeft asynchroon online onderwijs ook didactische voordelen ten opzichte van synchroon onderwijs. Leerlingen leren waar ze willen, in eigen tijd en in eigen tempo (Bates, 2020). In de enquête is leerlingen gevraagd naar hun oordeel over de verschillende asynchrone online lesvormen.
Wat vinden leerlingen van asynchrone online lesvormen?
online hoorcolleges (opgenomen) | 3,5 |
online uitlegvideo’s | 3,8 |
online vragenuurtjes (opgenomen) | 3,3 |
online opdrachten | 3,6 |
online oefentoetsen | 3,7 |
De asynchrone online lesvormen worden gewaardeerd door de leerlingen. Toch heerst onder leraren nog steeds een overtuiging dat asynchroon leren niet zo waardevol is als synchroon leren. Volgens onderzoekers moeten leraren het idee loslaten dat leerlingen niet leren als je ze niet ziet, of als je er niet bent.
Vasthouden
De enquête bestaat ook uit een aantal open vragen. Een interessante vraag gaat over onderwijs in de toekomst als de coronapandemie voorbij is. Wat willen leerlingen behouden van het coronaonderwijs? Hieronder volgt een bloemlezing van antwoorden die leerlingen geven op deze vraag.
Stel dat de coronacrisis straks voorbij is. Wat zou je dan van het onderwijs zoals het nu gaat willen vasthouden?
Online lessen. De online lessen en online vragenuurtjes zijn toch erg fijn.
De lestijden vind ik erg prettig, 60 minuten in plaats van 90 minuten is veel beter om je concentratie te behouden. Ook het beginnen om 10 uur is echt veel beter! Hierdoor krijgen leerlingen veel meer motivatie om naar school te gaan. Hou dat vast!
De opdrachten in Blackboard.
De variatie die er geboden wordt en de online leermogelijkheden thuis.
Minder leerlingen in de klas. Kleinere groepjes.
De gemoedelijke sfeer en ook dat iemand door wat voor reden (ziek, etc.) niet op school fysiek aanwezig kan zijn, maar dan toch online de lessen kan volgen. Hierdoor kan iemand de keuze maken om de kans op achterstand zo klein mogelijk te houden.
Ik vind de echte uitlegfilmpjes heel fijn, want die kan je dan ook nog even stop zetten als het te snel gaat of als je het nog niet snapt.
Ik zou willen vasthouden dat lessen niet onnodig lang hoeven te duren.
Meer gebruik maken van ‘blended learning’ (online leren, leren door te doen en leren via instructie) kan zeker veel bijdragen binnen alle vakgebieden.
Blackboard. Alles is hier goed op te vinden. Online uitlegfilmpjes. Online lessen.
Ik vind het heel prettig om fysiek les te hebben. Vragen over bijvoorbeeld wiskunde, scheikunde en natuurkunde zijn makkelijker te beantwoorden als er daadwerkelijk meegekeken kan worden in de schriften.
De lessen die op zijn vroegst om 10 uur beginnen.
Online leeromgeving en online lessen. Zelfstudie is nu beter in te plannen en heb meer concentratie op een dag/kan meer werk klaar krijgen dan bijvoorbeeld eerst nog een uur naar school te gaan en als er uitleg nodig is, is het te vinden online.
De online opdrachten en oefentoetsen die op Blackboard staan.
Kleine klassen. De grootte van de klassen nu als je op school bent is erg fijn. Je zit maar met maximaal 10 mensen in de les. Dit is erg prettig, omdat de docent dan duidelijk meer aandacht heeft voor elke leerling.
De lessen nog steeds een uur in plaats van anderhalf uur. En twee dagen thuis werken. Dat werkt voor mij superfijn. Niet perse méér fysieke lessen.

Onderwijs na corona
Uit een eerdere evaluatie bleek al dat leerlingen opvallend positief oordelen over corona-onderwijs (Van Hove, 2021). Een zelfde beeld komt naar voren uit deze evaluatie. Op grond van de leerlingenenquête zijn de volgende lessen te trekken voor onderwijs na de coronapandemie.
- Minder fysieke lessen
Met minder fysieke lessen lijkt het er op dat dezelfde leeropbrengsten worden geboekt. Met deze aanbeveling moet echter voorzichtig worden omgesprongen, want dit kan als excuus worden gebruikt om te bezuinigen. In het verleden is de ‘cyberleraar’ door het ministerie van OCW aangedragen als potentiële oplossing voor het lerarentekort (van Gool, 2020).
De tijd die vrijkomt met minder fysieke lessen besteden leraren aan maatwerk met meer persoonlijke aandacht en bijlessen aan leerlingen met leerachterstanden. En aan de verdere verbetering van de kwaliteit van online onderwijs. - Meer effectieve, online lessen
Leerlingen willen na de coronapandemie online lessen behouden. Daarbij moet onderscheid worden gemaakt tussen hybride klassen en asynchroon onderwijs.- Hybride klassen
Leerlingen zijn minder tevreden over online lessen die tijdens de fysieke les worden gestreamd. De ‘transactional distance‘ in het online deel van de hybride klas is te groot om deze vorm van onderwijs na corona structureel te blijven gebruiken. - Asynchroon onderwijs
Veel voordelen zijn te behalen met verschillende asynchrone lesvormen, zoals online hoorcolleges, online uitlegvideo’s, online opdrachten en online oefentoetsen. De effectiviteit van asynchroon onderwijs kan verder worden versterkt met ‘evidence-informed’ instructieprincipes (Rubens, 2020).
- Hybride klassen
- Kleinere klassen
Leerlingen vinden kleinere klassen prettig. Er is meer rust in de klas en leerlingen krijgen meer persoonlijke aandacht. Uit onderzoek blijkt dat betere resultaten worden behaald in kleinere klassen (Sikkes, 2020). - Later beginnen
Om het openbaar vervoer tijdens de coronapandemie te ontlasten beginnen de fysieke lessen pas om 10 uur. Leerlingen tippen dit als een goed idee. Vanuit de wetenschap wordt dit idee ondersteund. Leerlingen scoren beter als scholen later beginnen (NOS, 14-02-2020).

Blended learning
Grote vraag is natuurlijk of leerlingen door het corona-onderwijs leerachterstanden hebben opgelopen. Dit lijkt op basis van de schoolexamencijfers tot nu toe niet het geval. Maar leerachterstanden kunnen pas definitief worden vastgesteld na het centraal eindexamen. Vooralsnog lijkt de coronapandemie voor ‘leefachterstanden’ te zorgen.
‘Corona geeft ons niet een leerachterstand, het geeft ons een leefachterstand. We zijn niet oké. Ook niet als onze cijfers dat wel zijn.’ (Volkskrant, 19-02-2021)
De hierboven genoemde lessen voor onderwijs na de coronapandemie zijn ‘evidence-informed‘. Onderzoek laat zien dat blended learning effectief kan zijn: meer flexibiliteit, meer tijd- en plaatsonafhankelijk leren, meer personalisering, meer interactie tussen leraren en leerlingen, meer tevredenheid van leraren en leerlingen en betere leerresultaten (Rubens, 2020). Onderzoekers pleiten voor fundamentele onderwijsaanpassingen, waarbij niet moet worden vastgehouden aan vastgeroeste vormen van kennisoverdracht (Vijf lessen van de coronacrisis).
Een cruciale randvoorwaarde voor blended learning is TIJD voor de leraar. Dit betekent een ander taakbeleid in onderwijs na corona. Leraren geven dan minder fysieke lessen en hebben meer tijd en ruimte voor asynchroon, online onderwijs. De best-presterende onderwijslanden ter wereld tonen aan dat er een duidelijk verband bestaat tussen hoeveelheid fysieke lessen en onderwijskwaliteit. Hoe groter de hoeveelheid fysieke lessen, des te lager is de kwaliteit van onderwijs (Van Hove, 2020).
Blended learning is de toekomst van leren na de pandemie.
Naschrift Leerachterstanden
De vraag of leerlingen door het corona-onderwijs leerachterstanden hebben opgelopen kan inmiddels worden beantwoord.
Het PO heeft een kleine leervertraging opgelopen vanwege de coronamaatregelen. Gemiddelde score eindtoets 535 punten. In 2019 536,1 punten, het jaar daarvoor 535,6 (Trouw, 25 mei 2021).
Voor het VO heeft minister Slob nog geen resultaten gepubliceerd. Maar in het VO vallen, ondanks de sombere vooruitzichten door de coronacrisis, de resultaten mee. Volgens de NOS zijn dit jaar meer leerlingen geslaagd voor hun eindexamens dan in de jaren vóór corona (NOS Stories, 29 juli 2021).
Op mijn school (VAVO) wijken de eindexamenresultaten niet af van voorgaande jaren.
Corona-onderwijs bewijst hiermee dat blended learning in de praktijk werkt.
Niet geheel verrassend, want in de best-presterende onderwijslanden ter wereld geven leraren al jaren les volgens het principe van Teach less, Learn more.
Eus van Hove
6 augustus 2021
Naschrift Leerachterstanden (2)
In totaal slaagden 94,8% van de kandidaten in 2021, meer dan gebruikelijk was vóór de coronacrisis.
