Met grote regelmaat is er ergens in Nederland een ICT-congres voor het onderwijs. Deze week worden er twee congressen tegelijk gehouden. De Conference by the Sea heeft een compleet vakantiepark afgehuurd aan het strand bij Domburg; het 12e Nationale E-learning congres zit in het Evoluon in Eindhoven.
Al meer dan 10 jaar lang worden dit soort Onderwijs en ICT manifestaties georganiseerd voor managers, onderwijskundigen, adviseurs en coördinatoren. Wat levert deze overkill aan ICT-congressen het onderwijs op? Waarom zijn er zoveel ICT-congressen?
Uit verschillende onderzoeken blijkt dat ICT een beperkte rol speelt binnen leerprocessen op school. Nog niet zo lang geleden constateerde de Onderwijsraad zelfs een steeds grotere kloof tussen de mogelijkheden van ICT en de daadwerkelijke benutting door scholen. De overgrote meerderheid van docenten gebruikt geen digitale leermiddelen en doceert letterlijk en figuurlijk volgens het boekje. Onlangs trok Kennisnet aan de bel bij de overheid: het gebruik van ICT in het onderwijs moet worden versneld. Als ICT-congressen zo weinig effect sorteren, waarom zijn er dan zoveel? Of is het misschien zo dat de overkill aan ICT-congressen de onderwijsinnovatie juist hindert?
‘Gedoe’
Minister-president Rutte zegt dat het beschikbare geld in het onderwijs niet doelmatig wordt besteed. In het HBO gaat 30 tot 40% van het budget op aan overheadkosten. Aan ‘gedoe’, zoals de premier dat zelf noemt. Volgens Ad Verbrugge van Beter Onderwijs Nederland is het nog veel erger. De overheadkosten in het onderwijs zijn volledig uit de hand gelopen. Van het hogeschoolbudget wordt nog maar 25% besteed aan directe onderwijsactiviteiten door docenten. Ook in het VO en MBO rijzen de overheadkosten de pan uit. De Tweede Kamer wil nu dat de Algemene Rekenkamer uitzoekt hoeveel geld er echt aan overhead wordt besteed in het onderwijs.
Zeekanoën
Het ‘gedoe’ waar premier Rutte op doelt, is een belangrijke oorzaak voor de overkill aan ICT-congressen. Steeds meer managers, onderwijskundigen, adviseurs, coördinatoren en andere bureaufunctionarissen in het onderwijs worden in staat gesteld ICT-congressen te bezoeken. Geld speelt nauwelijks een rol. Deelnemers aan de Conference by the Sea verblijven deze week in een 5 sterren vakantiepark aan het strand en kunnen kiezen uit tal van activiteiten, zoals paardrijden, zeekanoën en brandingsurfen. De Conference by the Sea kost € 384 p.p. exclusief overnachtingkosten. Met 1100 deelnemers kost dit evenement meer dan een half miljoen euro. Het Nationale e-learningcongres is nog duurder. De 650 bezoekers betalen ieder € 1400; in totaal kost dit congres bijna één miljoen euro! De werkelijke kosten zijn nog veel hoger. Van de tijd die deelnemers aan de Conference by the Sea kwijt zijn kunnen 20.000 tot 30.000 lessen worden gegeven.
Doelmatig
Dat deze verkeerde besteding van middelen ten koste gaat van de kwaliteit van onderwijs mag duidelijk zijn. Dit overheidsgeld kan doelmatiger worden besteed. Als het aantal managers, onderwijskundigen, adviseurs en coördinatoren op scholen wordt verminderd, zoals premier Rutte wil, zullen de bezoekersaantallen aan ICT-congressen dalen en zal de overkill aan ICT-conferenties vanzelf afnemen. Met de miljoenen euro’s die dit oplevert, kunnen belangrijke oorzaken voor het achterblijven van ICT in het onderwijs worden aangepakt.
- Laat docenten het primaire proces innoveren. Geef docenten tijd en ruimte voor de ontwikkeling van hun digitale vaardigheden en de ontwikkeling van digitaal lesmateriaal.
- Zorg dat docenten de beschikking krijgen over een professionele elektronische leeromgeving, waarmee docenten buiten de lessen om kunnen communiceren met leerlingen/studenten, waarmee digitale opdrachten en toetsen beschikbaar gesteld kunnen worden en waarmee docenten hun cijferadministratie online bij kunnen houden.
- Zorg voor een moderne ICT infrastructuur op scholen, zodat leerlingen/studenten draadloos internet op kunnen met hun laptops.
- Zorg dat de ICT stafdienst niet alleen de overhead ondersteunt, maar vooral in dienst staat van het primaire proces. Docenten en leerlingen/studenten moeten adequaat geholpen worden met hun ICT problemen.
Voorlopig is dit voor veel scholen toekomstmuziek en trekt het circus van ICT-congressen verder. Volgende week is IPON2011 aan de beurt; een groot ICT-congres in de Jaarbeurs in Utrecht. Gaan we nog een paar jaar door met dit ‘gedoe’? Of gaan we het overheidsgeld doelmatig besteden aan moderne lessen door docenten die tijd en ruimte krijgen voor innovatie?