Volgende maand loopt de licentie van Blackboard af. Een kwart eeuw heb ik dit leermanagementsysteem gebruikt ter ondersteuning van mijn klassikale lessen biologie. Wat is de invloed van Blackboard op mijn onderwijs? Hoe ervaren mijn leerlingen de combinatie van klassikale instructie met een elektronische leeromgeving?
Een kleine geschiedenis over het gebruik van leertechnologie in het onderwijs.
In mei 1986 lever ik mijn tentamenbriefjes in om kort daarop als bioloog af te studeren aan de Katholieke Universiteit Nijmegen. Het rapport van mijn doctoraalonderzoek ‘Decline of the Malindi-Watamu Reefcomplex‘ schreef ik op een mainframe computer zo groot als bijna het hele gebouw van het Rekencentrum. Nieuw op de terminals was ‘power-typing’ waarmee je continu kon typen alsof het beeldscherm één lange regel is.
Na mijn aanstelling als leraar microbiologie aan de Amersfoortse Laboratoriumschool participeer ik in een pc-privé project. Voor 2000 gulden schaf ik een Tulip personal computer aan met twee floppydrives; één voor het tekstverwerkingsprogramma WordPerfect, de andere om documenten op te slaan. Een jaar later bouwt een collega voor 500 gulden een harde schijf in met 10 MB geheugen.
Na de ‘appreciatiecursus pc-gebruik’ volg ik in 1988 de cursus TAIGA (Twente Advanced Interactive Graphic Authoring System) een auteurssysteem voor digitaal onderwijs. Eén lesuur in TAIGA maken kost mij ruim 30 uur (!) voorbereidingstijd. De Tulip pc gebruik ik daarom de eerste jaren in hoofdzaak als tekstverwerker voor het maken van toetsen en practicumhandleidingen. Later gebruik ik de Tulip pc voor het schrijven van leerboeken voor het laboratoriumonderwijs.

Blackboard CourseSites (1999)
Het zogenaamde computerondersteund onderwijs (COO) komt in die tijd moeilijk van de grond, omdat het ontwikkelen van digitaal lesmateriaal een buitengewoon tijdrovende bezigheid is. Dat verandert met de doorbraak van internet in de jaren 90 van de vorige eeuw.

In 1999 kwam ik al surfend met de internetbrowser Netscape terecht op de website van Blackboard. Dit Amerikaanse bedrijf bood gratis ‘CourseSites‘ aan. Een CourseSite was een besloten website waar docenten informatie konden delen met studenten of leerlingen. Ik heb toen zes cursuswebsites geopend, vier voor mijn lessen op de laboratoriumschool en twee voor VAVO (voortgezet algemeen volwassenenonderwijs). En in totaal 150 leerlingen (leeftijd 16 tot 22 jaar) ‘enrolled’. Duizenden docenten over de hele wereld maken dat jaar gebruik van deze gratis dienst en binnen de kortste keren heeft Blackboard 40.000 cursuswebsites in de lucht. Begin 2000 ontvingen alle ‘instructors’ een email met daarin de boodschap dat er betaald moest worden: 500 dollar per cursus. Een fantastische marketing strategie, want Blackboard was in één klap marktleider op het gebied van online leren!
Gelukkig kocht mijn onderwijsinstelling een licentie en kon ik gebruik maken van de mogelijkheden die Blackboard, inmiddels versie 4, bood. Om niet verstrikt te raken in alle mogelijkheden van de elektronische leeromgeving, hanteer ik de KISS formule, keep it smart and simple. In wezen is onderwijs eenvoudig: zorg voor glasheldere opdrachten en geef leerlingen voldoende feedback op het leerproces.

Van schoolbord naar Blackboard (2001)
In de eerste jaren gebruik ik Blackboard vooral als informatie en communicatie faciliteit voor mijn klassikale lessen. Een CourseSite bestaat uit een eenvoudige website met een vast aantal knoppen aan de linkerkant en rechts het digitale lesmateriaal. De knop Announcements gebruik ik voor doen van mededelingen over het huiswerk, Course information voor het plaatsen van studiewijzers, Staff information voor mijn emailadres en Assignments voor het plaatsen van opdrachten. Studenten leveren hun huiswerk als digitaal document in via de zogenaamde ‘Digital dropbox‘, een map in de CourseSite waar al het ingeleverde werk automatisch in terecht komt.
Het BVEnet-project ‘Van schoolbord naar Blackboard‘ heeft in 2001 geleid tot de eerste daadwerkelijk functionerende elektronische leeromgeving voor het laboratoriumonderwijs. Leerlingen reageren positief op de introductie van Blackboard in het onderwijs.
De mededelingen (‘Anouncements’), studiewijzers en cijfers (‘Course information’) en het emailen naar elkaar en de docent (‘Student Tools’) vinden leerlingen erg handig (88%). De animaties (Bioplek) die zijn geïntegreerd binnen de elektronische leeromgeving oogsten veel lof.

ELO in VAVO (2003)
Het Kennisnet-project ‘ELO in VAVO’ uit 2003 heb ik samen met het Onderwijscentrum van de Vrije Universiteit Amsterdam uitgevoerd op het VAVO Lyceum in Amersfoort. De uitdaging van het project ‘ELO in VAVO’ bestond uit het verwezenlijken van een verandering in korte tijd door acties in een compleet docententeam. In enkele maanden tijd is draagvlak gecreëerd voor blended learning, een onderwijsvorm waarbij klassikaal onderwijs wordt ondersteund met een elektronische leeromgeving. Uit de evaluatie blijkt dat docenten van het VAVO Lyceum veel voordelen zien in het gebruik van Blackboard.
Professionalisering door middel van gebruikersbijeenkomsten, trainingen en al-doende-leren heeft ertoe geleid dat 80% van de VAVO-docenten beschikt over voldoende basisvaardigheden voor het inrichten van een elektronische leeromgeving. De doelen met betrekking tot de implementatiescenario’s zijn in minder dan twee jaar tijd gerealiseerd; klassikale lessen worden ondersteund met Blackboard volgens het Klassikaal-plus scenario.

De Good Practice biologie is geëvalueerd onder leerlingen op het VAVO. De leerlingen oordelen positief over het werken met Blackboard: 20% handig, 80% erg handig. Blackboard sluit goed aan bij de generatie die toen ‘Homo zappiëns’ werd genoemd.

Lab Online advanced (2006)
Vanaf 2004 zijn de CourseSites in Blackboard 6 flexibeler in te richten. Met de nieuwe testmanager maak ik digitale toetsen. Voordeel van digitaal toetsen is de automatische feedback die Blackboard onmiddellijk genereert en de enorme hoeveelheid nakijkwerk die dit bespaart. Reeds in 2004 neem ik aan vier klassen tegelijk in het Open Leer Centrum (OLC) summatieve toetsen online af met de testmanager van Blackboard.

Een nieuwe functionaliteit in Blackboard 6 is de Youtube mashup. Moest ik in de vorige eeuw nog televisieprogramma’s opnemen met een videorecorder en een videokar de klas inrijden om programma’s af te spelen, in Blackboard gaat dat een stuk eenvoudiger. Met een paar muisklikken in de Youtube mashup worden video’s geïntegreerd in opdrachten binnen de elektronische leeromgeving. Leerlingen maken gretig gebruik van uitlegvideo’s, omdat die in alle rust bekeken, gepauzeerd en teruggespoeld kunnen worden als iets niet goed is begrepen. Bovendien is de combinatie van woord en beeld een effectieve leerstrategie. In de cognitieve psychologie wordt dit ‘dual coding‘ genoemd, de leerverdubbelaar.
De wat onhandige digital dropbox is in Blackboard 6 vervangen door een overzichtelijk gradecenter. In het gradecenter worden opdrachten en toetsen automatisch geordend achter de namen van leerlingen. Op basis van ‘learning analytics’ genereert het retention center gegevens over studieactiviteiten. Sinds die tijd heb ik als docent nauwkeurig zicht op de studievoortgang van al mijn leerlingen en kan ik individuele leerprocessen bijsturen. Blackboard is een leermanagementsysteem (LMS) geworden.

In het laboratoriumonderwijs treedt in die tijd een verschuiving op van kennisgericht naar meer competentiegericht leren. Het practicum op het laboratorium staat centraal en vakken als biologie, scheikunde en natuurkunde zijn geïntegreerd in thema’s.
Lab Online advanced is een project uit 2006 dat dit thematisch onderwijs faciliteert. Het LMS Blackboard fungeert daarbij als vaste startplaats. Leerlingen kunnen door een vast format (ontwerpsjabloon) leermiddelen en opdrachten gemakkelijk terugvinden. Thema-opdrachten zijn in het project Lab Online advanced verder ontwikkeld tot uitdagende, ICT-rijke opdrachten (‘prestaties’), waarbij gebruik is gemaakt van de actualiteit, interactie en multimedia van internet.
Het thematische onderwijs is door deze blended vorm volledig transparant. Alle uit de beroepspraktijk ontleende opdrachten staan gestructureerd in de elektronische leeromgeving van Blackboard.
Uit de online evaluatie blijkt 95% van de leerlingen thuis over internet beschikt, 100% is dagelijks online, 35% meer dan 2 uur per dag, 68% van de leerlingen vindt het gebruik van Blackboard handig.

Blackboard als onderwijstijd (2009)
De hoeveelheid elektronische lessen in Blackboard groeit in de eerste jaren van deze eeuw explosief. Steeds meer leraren vragen zich af of een elektronische les kan gelden als onderwijstijd. Maar dat is niet toegestaan, omdat volgens de Onderwijsinspectie in een elektronische les leerlingen niet afdwingbaar kunnen worden begeleid en het verplichte karakter ervan niet kan worden gecontroleerd.
In Blackboard 8 kan feedback op het leerproces automatisch worden gegenereerd en zijn tools voorhanden waarmee de geplande tijd van elektronische lessen kan worden verantwoord met tools als ‘adaptive release’ en ‘performance dashboard’.
Op Dé Onderwijsdagen 2009 heb ik voorbeelden van deze ‘slimme’ elektronische lessen gedemonstreerd en de stelling ‘Slimme elektronische lessen gelden als Onderwijstijd’ voorgelegd aan een panel van onderwijskundigen. Vrijwel unaniem was het panel erover eens dat slimme elektronische lessen kunnen voldoen aan de criteria van onderwijstijd.

Bring Your Own Device (2010)
In de late jaren 2000 wordt internet steeds sneller en het gebruik van draadloos internet begint zich te verspreiden. In 2009 komt wifi (Eduroam) beschikbaar in het gebouw van de laboratoriumschool. De laboratoriumschool kiest als een van de eerste scholen in Nederland voor het concept van BYOD; Bring Your Own Device.
Moesten mijn leerlingen in begin jaren 2000 nog één pc op school delen met acht leerlingen, vanaf 2010 nemen leerlingen in het laboratoriumonderwijs hun eigen laptop mee naar school.
Uit de evaluatie blijkt dat leerlingen het gebruik van laptop, naast schoolbord en leerboek, heel handig vinden. Leerlingen werken meer zelfstandig met hun laptops. Buiten de lessen om werken ze door aan opdrachten of maken die thuis online af.
Op de vraag: “Vind je dat er meer gebruik moet worden gemaakt van laptops in de lessen?” antwoordt 53% van de leerlingen “Ja, meer” en 24% met “Ja, veel meer”!

In 2010 kwam de eerste iPad op de markt met een touchscreen van 9,7 inch. Hoewel Blackboard op een iPad het uiterlijk heeft van een klassieke schoollei met houten frame, zijn op de tablet alle opdrachten en toetsen altijd-en-overal beschikbaar.

Formatieve feedback met Blackboard (2015)
Volgens onderwijskundigen is er een overweldigende hoeveelheid bewijs dat toetsing de leerprestatie over de hele linie verhoogt. Door informatie actief terug te halen uit het geheugen onthouden leerlingen die informatie beter en langer. De cognitieve psychologie noemt deze effectieve leerstrategie ‘retrieval practice‘. Elke week maken mijn leerlingen daarom een digitale toets in Blackboard. Dit zijn formatieve toetsen, toetsen-om-van-te-leren. Leerlingen mogen deze oefentoetsen zo vaak maken als ze willen. Blackboard genereert telkens andere vragen uit de online toetsenbank en geeft onmiddellijk feedback.
Bovendien wordt met wekelijkse oefentoetsen de leerstof voor de summatieve toets verspreid over de tijd. Het verspreid oefenen (spaced practice) heeft een beter effect op het langetermijngeheugen dan kort voor een summatieve toets te blokken.

In de evaluaties geven leerlingen aan dat ze door deze combinatie van effectieve leerstrategieën meer leren. De voordelen van formatieve feedback met Blackboard zijn groot:
- leerlingen worden gemotiveerd méér te leren,
- docenten kunnen met ‘learning analytics’ meer feedback geven op het leerproces.


Blackboard Ultra (2017)
Blackboard Ultra, het volledig herontworpen LMS in 2017, is gebruikersvriendelijker en bovendien responsief. De elektronische leeromgeving vertoont zich net zo gemakkelijk op een laptop, als op kleinere beeldschermen van tablets en smartphones. Via de Blackboard app hebben leerlingen opdrachten en toetsen altijd-en-overal bij de hand op hun smartphone en notificaties attenderen hen op huiswerk.

De KISS formule, keep it smart and simple, voor het ontwerp van blended learning evolueert in 2017 tot het zogenaamde 3-fasen model. In dit eenvoudige ontwerpmodel zijn verschillende onderwijsvormen verdeeld in drie fasen.
- Vóór-de-Les bestuderen leerlingen zelfstandig in de elektronische leeromgeving informatie, animaties, uitleg-video’s en maken online quizzen waarmee voorkennis wordt getoetst.
- In-de-Les luisteren leerlingen naar klassikale uitleg, maken aantekeningen in hun schrift, beantwoorden vragen en voeren discussies. Leerlingen doen ook klassikaal practica.
- Na-de-Les maken leerlingen zelfstandig in de elektronische leeromgeving opdrachten en toetsen waarmee de leerstof wordt verwerkt.

In dit ontwerpmodel wordt de onderwijstijd van leerlingen vergroot en de tijd ‘in-de-Les’ (teaching time) van leraren verminderd ten opzichte van traditioneel onderwijs. In-de-Les’ gebruiken leerlingen géén laptops, laat staan een telefoon.
Het gebruik van het 3-fasenmodel biedt vier belangrijke voordelen:
- Meer vrijheid, leerlingen bepalen zelf waar en wanneer ze de klassikale les voorbereiden en verwerken in Blackboard.
- Meer sturing, op basis van de learning analytics worden individuele leerprocessen gemonitord en bijgestuurd.
- Meer onderwijstijd, de tijd die leerlingen leren wordt in Blackboard gemeten met learning analytics.
- Meer persoonlijke aandacht, door efficiëntere omgang met onderwijstijd komt tijd vrij voor persoonlijke aandacht.
‘Ik vind deze manier van lesgeven erg goed. Het helpt mij beter te leren en ik vind het ook een leuke manier van leren’.
Er blijkt een duidelijk verband te bestaan tussen hoeveelheid klassikale lessen en onderwijskwaliteit. Singapore lanceerde in 2005 het initiatief ‘Teach Less, Learn More‘ om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Sindsdien scoort Singapore als beste onderwijsland ter wereld. Ook andere goed presterende onderwijslanden doen veel minder aan ‘whole class teaching’. Leraren geven hooguit 20 lessen per week, waardoor ze meer tijd hebben om lessen goed voor te bereiden (‘voor-de-Les’) en meer tijd hebben voor feedback en aandacht voor leerlingen (‘na-de-Les’).

Corona-onderwijs met Blackboard (2020)

De corona-pandemie in 2020 heeft grote gevolgen voor het onderwijs. Door de anderhalvemeter maatregel zijn fysieke lessen aan volle klassen niet toegestaan. Maar ‘Collaborate’ maakte het mij mogelijk fysieke lessen te streamen. Collaborate is een tool voor videoconferencing geïntegreerd in Blackboard. Korte instructies (hoorcolleges) van hooguit een half uur worden opgenomen in Collaborate en komen automatisch beschikbaar in het leermanagementsysteem. Naast de directe instructie via Collaborate bied ik tijdens de pandemie méér online, asynchrone onderwijsvormen aan.


Uit de enquêtes blijkt dat leerlingen positief reageren op blended learning. Ze ervaren de voordelen van asynchroon onderwijs:
- leren waar en wanneer je maar wilt,
- zelf plannen en
- leren in eigen tempo.
‘Ik vind de asynchrone manier van oefenen met opgenomen sessies echt ideaal. De leerstof blijft goed hangen mede door de online herhaalbare opdrachten, het extra motivatie steuntje door de badges die je kan halen voor meer punten boven op je eindcijfer per periode, en de opgenomen lessen zijn handig terug te kijken op een daarvoor geschikt moment.’
Op grond van de evaluatie zijn de volgende aanbevelingen gedaan voor onderwijs ná de coronapandemie:
- Minder fysieke lessen
Met minder fysieke lessen worden dezelfde leeropbrengsten geboekt. - Meer effectieve, online lessen
Veel voordelen zijn te behalen met verschillende asynchrone lesvormen. - Kleinere klassen
Meer rust in de fysieke klas en en meer persoonlijke aandacht.

Blended learning wave (2024)
Het 3-fasen model uit 2017 heeft zich ontwikkeld tot een meer gangbaar model, de blended learning wave. In dit ontwerpmodel voor het ontwikkelen van blended onderwijs wordt onderscheid gemaakt tussen fysieke, synchrone onderwijsvormen en online, asynchrone onderwijsvormen.

De nieuwste versie van het LMS, Blackboard Learn Ultra, beschikt over een AI Design Assistant, een reeks artificial intelligence (AI) tools die leraren ondersteunt bij het ontwerpen van de blended learning wave. Blackboard Learn Ultra is de verbindende kracht tussen de synchrone en asynchrone onderwijsvormen en zorgt voor belangrijke voordelen ten opzichte van traditioneel onderwijs.
- Elektronische leeromgeving: online opdrachten met multimedia, interactie en actualiteit bieden meer uitdaging.
- Toegankelijkheid: altijd en overal toegang tot het lesmateriaal.
- Communicatie: mededelingen, forums en chats faciliteren interactie tussen leerlingen en docenten.
- Studievoortgang: op basis van de learning analytics worden individuele leerprocessen gemonitord en bijgestuurd.
- Flexibiliteit: leren waar en wanneer je maar wilt, zelf plannen en leren in eigen tempo.
- Onderwijstijd: kennisoverdracht in de elektronische leeromgeving zorgt voor verlengde onderwijstijd.
Er komt steeds meer wetenschappelijk bewijs voor blended learning. Een meta-analyse uit 2022 evalueert 84 onderzoeken tussen 2000 en 2020 naar de effecten van blended learning. De resultaten geven aan dat blended learning een effectieve manier is om de leerprestaties van leerlingen te verbeteren .
‘Overall, blended learning had a significant moderate positive effect on improving academic performance compared to traditional F2F learning.’
Li en Wang (2022)
Hoewel de rol van Blackboard nooit ter discussie heeft gestaan, is het LMS op mijn school Europees aanbesteed. Op 1 augustus 2024 eindigt de licentie. Na 25 jaar stop ik met Blackboard.




